Hij is misschien wel de belangrijkste producer van Japan: Kuniyuki Takahashi. Dat hij nog niet eerder in Nederland heeft gestaan is op zijn minst eigenaardig te noemen. Brighter Days heeft hem voor het Amsterdam Dance Event (ADE) naar de hoofdstad gehaald.
"Wat zeg je?'', vraagt Takahashi als het geluid vanuit de winkel ons gesprek verstoord. We zitten in de personeelsruimte van Rush Hour. Tijdens de ADE in-stores is het een komen en gaan van klanten, bezoekers en artiesten. Kuniyuki heeft eerder vanmiddag een live-set gespeeld. Omdat Takahashi een aantal koffers met gear bij zich draagt, doen we het interview voor het gemak in de privéruimte achterin de winkel. Maar de houten schuifdeur biedt weinig bescherming tegen het housegeweld van Kerri Chandler die zojuist zijn set begonnen is.
"Japan heeft veel goede dj's en producers, maar ze lopen niet met hun talent te koop''
Ondanks het geluid besluiten we te blijven. Ik schuif mijn stoel wat dichter naar Takahashi toe en herhaal dat ik het idee heb dat Japan barst van talent waar ik nog nooit van gehoord heb, en misschien wel nooit van zal horen. Takahashi beaamt die gedachte. "Japan heeft veel goede dj's en producers, maar ze lopen niet met hun talent te koop. Het zit niet in onze cultuur om jezelf zo op de voorgrond te zetten,” verklaart hij. "Maar er is ook een taalbarrière. Er wordt vanuit Japan veel naar Europa en Amerika gekeken. Ze willen er graag onderdeel van uitmaken, maar spreken geen Engels.”
Takahashi is sinds het begin van de jaren negentig actief als producer en dj. In de beginjaren heeft hij onder zijn aliassen Forth en Frr Hive enkele platen uitgebracht, maar het is pas na de millenniumwisseling dat een groter publiek kennismaakt met Kuniyuki’s muziek. Dat gebeurde onder aanvoering van Toshiya Kawasaki. Een goede vriend van Takahashi en oprichter van Mule Musiq — het platenlabel dat Kawasaki in 2001 is gestart, speciaal om Kuniyuki's muziek uit te kunnen brengen.
Sindsdien heeft Takahashi onder zijn eigen naam, en zijn alias KOSS waarmee hij experimentele ambient maakt, meer dan 50 platen uitgebracht. Zijn productiekwaliteiten worden tot ver buiten Japan gewaardeerd. Zo kan o.a. Joe Claussell, Dego en DJ Sprinkles tot zijn fans rekenen. DJ Sprinkles noemt hem zelfs de belangrijkste producer van de Japanse underground.
Roots
Takahashi kreeg zijn muzikale opvoeding voor een groot deel van zijn broer, een groot liefhebber van Duitse electro-punk, EBM en new wave. Eind jaren tachtig vormden samen een band met de obscure naam DRP (Deutsches Reichs Patent). Ze maakten twee albums: hun debuut in 1990, Electro Brain 586, dat nu gerust een cult-album genoemd mag worden. En het in 2015 unreleased tweede album Peace Offensive. Opgenomen in 1991, maar om politieke redenen in Japan niet eerder uitgebracht.
Kuniyuki is veertien als hij zijn eerste instrument koopt: een KORG 770 synthesizer. “Ik was onder de indruk toen ik hem voor het eerst zag staan. Het leek op een keyboard, maar met veel meer knopjes. Ik drukte op een toets, en ik wist niet wat ik hoorde — wat is dat voor geluid? Het klonk buitenaards. Het was een mysterieuze machine, maar ik voelde een verbintenis. Ik zag de mogelijkheden voor me.”
In de periode dat hij experimenteert met zijn KORG 770, het zijn dan de 80's, luistert Takahashi veel naar synthesizermuziek; YMO, Kraftwerk en Brian Eno — de progressieve Britse producer die Takahashi beschouwd als zijn grootste inspirator. Zijn interesse in andere instrumenten kwam pas later, toen hij opzoek was naar geluiden die een synthesizer niet kan maken; warme percussieve geluiden, zoals de piano, trommels en fluiten. Instrumenten die zijn latere werk zullen definiëren.
Takahashi heeft overigens alle instrumenten zelf leren bespelen. Muziekles heeft hij nooit gehad. Op enkele pianolessen in zijn tienerjaren na — maar die waren geen succes. “De pianoleraar was te druk met flirten,” vertel Takahashi lachend. “Tijdens de lessen stond hij alleen bij de piano’s waar de knappe vrouwen achter zaten. Als ik dan vroeg wat ik moest doen, werd ik snauwerig doorverwezen naar de bladmuziek. Ik kon alleen geen noot lezen.”
Volgens Takahashi is de periode waarin hij veel bezig was met industriële elektronische muziek, bepalend geweest voor zijn ontwikkeling. Die invloeden hoor je duidelijk terug op de langspeler Newwave Project, dat onlangs is verschenen bij Mule Musiq. “Ik heb de geest van die periode in dat album gevangen, het maken voelde als teruggaan naar mijn roots.”
De release komt op een moment dat de wave-sound opnieuw in schwung lijkt. Takahashi: “Dat er nu een hele nieuwe generatie teruggrijpt naar de synthesizers en modulaire machines, vind ik een fascinerende ontwikkeling. Maar ik ben bang dat het slechts een tijdelijke opleving is. Over een tijdje verdwijnen die oude apparaten bij veel jongeren weer naar de achtergrond omdat ze erop uitgekeken zijn. Dat maakt me soms wel verdrietig; de snelheid waarmee trends elkaar opvolgen. De tijd om je ergens echt in te verdiepen wordt niet genomen. De aandacht is alweer op de volgende hype gericht.”
Maar Kuniyuki prijst de open houding die hij bij de nieuwe generatie artiesten ziet. “Ik heb jonge artiesten ontmoet die bijzonder mooie dingen maken. Ze gebruiken geluiden uit het verleden, vangen het gevoel uit de tijd en maken het hun eigen. Ze pakken dat heel makkelijk op. Ik heb tussen 1980 tot ongeveer 1990 veel naar house van Larry Levan, en Detroit techno geluisterd. Een belangrijke periode uit mijn leven. Nu is er een nieuwe generatie die inspiratie haalt uit die tijd. Het brengt mij terug naar al die herinneringen.”
Organisch
Wie een blikt werpt op Kuniyuki’s discografie valt direct de vele samenwerkingen op. En niet met de minsten: Vakula, DJ Sprinkles, Jimpster en DJ Nature, om er maar een paar te noemen. De hoogtepunten van de sessies zijn verzameld op het onlangs verschenen Kuniyuki & Friends: A Mix Out Session. De nummers op de verzamelaar zijn op een eigenwijze manier tot stand gekomen. Takahashi: “Ik stuur het materiaal en vraag alleen om toe te voegen wat zij denken dat goed is. We spreken verder niks af. Ik zeg niet wat voor plaat het zou moeten zijn. Er zijn geen regels. Ik vind het interessant om te zien wat er dan mee gebeurd. Het is een proces dat kan lang duren, soms wel twee jaar. Ik werk met een artiest, ik kan zijn naam niet noemen, maar met heb ben ik al vijf jaar bezig met een nummer. Dat gaat nu al vijf jaar heen en weer. Dat is helemaal niet erg, we laten het organisch ontstaan."
De vrije benadering van het maken van muziek voert Takahashi ook door in zijn live-sets waar hij veel improviseert. Zo kan Kuniyuki vliegensvlug handelen met samples, instrumenten en geluiden. Een voorbeeld: tijdens een live-set in Montreal beklom een enthousiaste fan het podium. De beveiliging stond klaar om de ongenode gast terug het publiek in te escorteren, maar Takahashi maande de beveiligers weg, en overhandigde haar een microfoon. Takahashi: "Ik riep naar haar 'Ik heb je stem nodig!', begint ze opeens wild te schreeuwen,” vertelt Takahashi met een verbluft gezicht, alsof het tafereel zich opnieuw voor zijn neus afspeelt. "Het was een bizar, maar ontzettend grappig moment."
De valse vocalen werden ter plekke gemixt en gesampeld tot een loop. Zo werd een in eerste instantie ongemakkelijk moment, dankzij Takahashi’s meesterschap, een verrassend onderdeel van zijn live-set. “Ik hou van het onverwachte. Als zoiets gebeurd denk ik meteen: hoe kan ik dit moment omzetten in muziek?''
Tijdens mijn liveshows, maar ook tijdens het produceren, trek ik me niks aan van genres, kaders, regels. Ik wil muziek maken die vooraf geen verwachtingen schept. Ik ben altijd opzoek naar geluiden en ik probeer van alles om die te maken. Als dat lukt is dat een geweldige ervaring. Het is tegenwoordig heel makkelijk om met software en pre-sets een nummer te maken, maar het zou vanuit je ziel moeten komen: just do music, open your mind and enter the free."
Kuniyuki speelt zondag 22 oktober tijdens Brighter Days in Claire