Genres als techno lijken lak te hebben aan de complexiteit van klassieke harmonieleer. Het is de ritmische en ruimtelijke verkenning van klankkleur (ook wel timbre of textuur) die bezwerende en opzwepende sferen oproept. Danceproducers creëren een groot deel van hun identiteit door middel van sound design, daarbij gebruik makend van synthesizers, samples en alle hard- en software daar tussenin. Het gebruik van pre-sets (door de fabriek meegeleverde geluiden), wordt daarom soms als not-done beschouwd. Ironisch genoeg maakt het gros van het elektronische instrumentarium het niet mogelijk om bepaalde klassieke standaarden (pre-sets) te vermijden, zoals de (niet-westerse) stemming van de keyboard-toetsen. Hedendaagse clubmuziek wordt op die manier bewust of onbewust beïnvloed door enkele standaarden uit de westers klassieke muziek.
"Bespeelt de muzikant het instrument, of bespeelt het instrument de muzikant?"
Van de Middeleeuwen tot nu heeft de westers klassieke muziek zich vertakt in verschillende harmonieuze en minder harmonieuze varianten. Er is niet zoiets als één klassieke standaard. Waarom zijn synthesizers dan gestemd volgens de 19de eeuwse Romantiek? Waarom horen we op de dansvloer zo veel akkoordenprogressies die stammen uit de 17de eeuwse Barok? En waar zijn de niet-westerse klassieke invloeden? Bij deze vragen staan we niet vaak stil, omdat we de alternatieven niet kennen, of omdat we op intuïtieve wijze met klank willen spelen, zonder eerst kritisch na te hoeven denken. Bespeelt de muzikant het instrument, of bespeelt het instrument de muzikant? In Klassiek Contrast onderzoek ik voor DJBroadcast de positieve en negatieve gevolgen van onze diepgewortelde klassieke invloeden. Hebben organisatoren, DJ's, muzikanten en luisteraars baat bij het verkennen van bijvoorbeeld muziek uit de Griekse oudheid of de atonale muziek van de 20ste eeuw?
Klassiek vs. proto-techno
Laten we met een echte klassieker beginnen. In 1982 lanceerden Afrika Bambaataa & the Soulsonic Force de pionierende electro (en hip-hop) track Planet Rock. De dansvloer werd opgeschud door een korte, krachtige sample: de orchestra hit, het geluid van een compleet symfonieorkest dat een korte (staccato) noot aanslaat. Bambaataa en co hadden toegang tot een primitieve 8-bit sampler van Fairlight, die werd geleverd met een sample uit Stravinsky’s Vuurvogel ballet (1910).
Afrika Bambaataa & Soul Sonic Force - Planet Rock [1982]Stravinsky - De Vuurvogel [1910/2011]
Opent met de bekende ‘orchestra stab’, later gesampled als ORCH5.
Kraftwerk
Kraftwerk-oprichter Florian Schneider studeerde klassieke dwarsfluit aan de Robert Schumann Hochschule in Düsseldorf, maar ontwikkelde daar een haat-liefde verhouding met klassieke muziek. Om weerstand te bieden tegen het conservatieve karakter van de school (het conservatorium) begon hij met Ralf Hütter electro-akoestische experimenten uit te voeren onder de naam Organisation (1968). Hun kritische mindset opende deuren richting innovatie. Schneider zocht naar nieuwe klankkleuren door het geluid van zijn dwarsfluit te bewerken met elektronische apparatuur. Organisation groeide uit tot Kraftwerk (1970), met als doel het doorbreken van een taboe dat vandaag de dag nog steeds relevant is: het idee dat robots betere (live)muzikanten kunnen zijn dan mensen.
Kraftwerk/Organisation - Ruckzuck [1977] (Krautrock, volgens sommigen "proto-techno")
Kraftwerk - The Robots [1978]
"Vertolkers van klassieke muziek gedragen zich als robots"
Om Schneider te citeren uit Pascal Bussy’s boek ‘Kraftwerk: Man, Machine and Music’: “We waren altijd van mening dat veel mensen zich als robots gedragen, zonder zich daar bewust van te zijn. Vertolkers van klassieke muziek, zoals Horowitz, gedragen zich als robots, omdat ze muziek elke keer op dezelfde manier reproduceren. Dat is automatisme. Ze doen alsof het natuurlijk is, maar dat is niet waar. Dus wij openden het gordijn en zeiden: ‘Kijk, iedereen kan robotisch zijn, bestuurbaar.” Vanuit deze filosofie ontstond de Kraftwerk paradox: ze hielden (en houden) zichzelf in stand door zichzelf als overbodig voor te doen. Horowitz en Kraftwerk streven beiden naar maximale onderdanigheid aan de compositie, met een minimale vorm van improvisatie. Ze zochten beiden constant naar een vorm van stabiliteit.
Vladimir Horowitz in Carnegie Hall (1968), speelt oa. Chopin
Kraftwerk - Trans Europe Express (1976) / Live in Paradiso (2015)
Er ligt een slimme ironie verborgen in de ode die Kraftwerk bracht aan Horowitz. De "robotische" Horowitz werd in een nieuw, elektronisch jasje gestopt. Daarmee volgde Kraftwerk het principe van elk creatief proces: kopieëren en transformeren. Doormiddel van de onderstaande video en tabel kun je je een voorstelling maken van dit creatieve proces.
Kirby Ferguson - Everything is a Remix Part 3
Kraftwerk en Horowitz staan naast elkaar op de horizontale as (Kraftwerk kopieerde het idee van minimale improvisatie), maar ze staan gespiegeld op de verticale as (Kraftwerk transformeerde het idee van de klassieke instrumentatie).
Fast-foward naar het heden: Aphex Twin's groovy Computer Controlled Acoustic Instrument pt2 EP neemt het robotische van Kraftwerk als uitgangspunt, maar keert juist weer terug naar avant-gardistische klassieke texturen (lees meer over de prepared piano in een volgende deel). In de vorige tabel zie je dat Aphex en Kraftwerk op beide assen dicht bij elkaar liggen, dus hebben we een andere grafiek nodig om de innovatie van robotisch elektronisch naar robotisch klassiek te visualiseren: instrument-textuur vs. live-structuur.
Aphex Twin - Computer Controlled Acoustic Instrument pt2 EP (2015)
Ik denk dat het goed is wanneer we ons meer bewust worden van dit soort genre-overschrijdende vergelijkingen. Het kan ons helpen bij het cureren van een diverse en vooruitstrevende club- en festivalprogrammering. En het is een tool voor componisten/producers/DJ's om op zoek te gaan naar nieuwe invloeden en contrasten.
In het tweede deel van Klassiek Contrast nemen we de klankkleur van klassiek instrumentatie onder de loep. Met het oog op innovatie en diversiteit, zoeken we naar (verborgen) overeenkomsten en inspirerende contrasten tussen dance en klassiek, binnenkort meer!